Alles voor de tuin
van Edward Albee
regie B. van Hulst

Gespeeld in 1983


Jenny en Richard zijn een aardig echtpaar. Jenny ziet er nog heel goed uit voor een moeder van een vijftienjarige zoon. De jongen is op kostschool en dat kost handen vol geld. Alles kost zoveel, ze komen telkens te kort - ze leven boven hun stand, maar ze verbeel-den zich dat het niet anders kan. Om gelukkig te zijn moet je in een mooi huis met een tuin wonen en lid zijn van een dure club. Jenny zou wel graag een baantje willen hebben om bij te dragen in de kosten, maar ze heeft geen opleiding gehad en Richard wil er niet van horen ... Plotseling verschijnt de boze toverfee, in dit geval de eigenares van een exclusief bordeel. Zij biedt Jenny aan een paar middagen in de week bij haar te komen "werken". Jenny wijst het natuurlijk verontwaardigd af, maar als ze ziet hoe de madam letterlijk met geld smijt, gaat ze door de knieën. Een half jaar weet ze het te verbergen voor Richard, maar wat heeft ze tenslotte aan al dat geld als ze het niet uit kan geven? Dus vertelt ze het hem. Richard is diep geschokt, hij is razend . . . maar tenslotte capituleert ook hij. Dit gaat iets gemakkelijker wanneer blijkt dat al hun chique vrienden van de club op dezelfde manier aan hun geld komen. Alles zou dus in orde zijn als niet toevallig een on-getrouwde huisvriend, die regelmatig dronken is, op een feestje bij Richard en Jenny de madam herkent. Ze zijn allemaal bang dat hij het met zijn dronken kop op de club vertellen zal en ze proberen hem tegen te houden, vóór hij z'n mond voorbij praat. Maar dit gebeurt een beetje al te grondig - hij is dood. Op aanraden van de bordeelhoudster ver-donkeremanen ze het lijk. Het is de ironie van het noodlot dat deze Jack, die miljonair was, zijn geld heeft nagelaten aan Richard en Jenny. Maar die zullen er wel lang op moeten wachten, want wanneer iemand spoorloos verdwijnt, duurt het een hele tijd vóór hij officieel als overleden wordt beschouwd.

Bron: Elise, catalogus op CD-rom van de NVA